Kinderen die in hun eerste levensmaanden geen speelgoed hebben dat bij hun leeftijd past, hebben als peuter meer kans op emotionele problemen. Dat ontdekte wetenschappelijk onderzoeker Jolien Rijlaarsdam van Erasmus MC op basis van observaties die bij gezinnen thuis werden uitgevoerd binnen het grootschalig bevolkingsonderzoek Generation R. Zij promoveert op woensdag 22 januari op haar onderzoek.
Kinderen maken in hun eerste levensjaren belangrijke emotionele, cognitieve en sociale ontwikkelingen door. De thuisomgeving van kinderen speelt hierin een cruciale rol. Wetenschappelijk onderzoeker en psycholoog Jolien Rijlaarsdam van Erasmus MC onderzocht in hoeverre kenmerken van de thuisomgeving van invloed zijn op de emotionele ontwikkeling van jonge kinderen. Zij ontdekte dat kinderen die in hun eerste levensmaanden geen speelgoed hadden dat bij hun leeftijd paste, op zowel anderhalfjarige leeftijd als op driejarige leeftijd meer emotionele problemen hadden. “Deze peuters waren angstiger, meer teruggetrokken of somberder dan leeftijdsgenootjes die dit speelgoed als baby wel binnen handbereik hadden”, zegt Rijlaarsdam.
Spelen met speelgoed stimuleert kinderen tot onderzoeken en interactie met anderen. Rijlaarsdam: "Voor dit onderzoek werden baby’s van gemiddeld drie maanden jong thuis bezocht. Tijdens dit bezoek werd geobserveerd of baby’s een eigen plekje hadden zoals een box of deken. Ook werd bekeken in hoeverre een knuffel, een rammelaar en speelgoed met geluid bij de baby in de buurt lagen om ermee te spelen. Dit speelgoed sluit aan bij de ontwikkeling van zeer jonge kinderen. Toen de kinderen anderhalf en drie jaar oud waren, vulden de ouders vragenlijsten in over de emoties en gedragingen van hun kinderen. Ik vond een duidelijk verband tussen een minder optimale speel- en leeromgeving tijdens de eerste levensmaanden en meer emotionele problemen op de peuterleeftijd.”
De promovenda hoopt dat haar proefschrift een bijdrage levert aan het verminderen van emotionele problemen bij jonge kinderen. Eerder onderzoek toont aan dat de sociaal economische status van gezinnen, waaronder het inkomen en het opleidingsniveau van ouders, sterk verband houdt met de emotionele ontwikkeling van jonge kinderen. “Ik vond dat de speel- en leeromgeving van baby’s dit verband gedeeltelijk verklaart en dus bijdraagt aan een beter begrip van de relatie tussen de sociaal economische status van ouders en emotionele problemen van hun kinderen. Nu uit mijn onderzoek blijkt dat speelgoed al zo jong van invloed is op emotionele problemen, kunnen ouders en verzorgers hierop alert zijn”.
Rijlaarsdam maakte gebruik van gegevens uit de Generation R studie. Dat is het onderzoek naar de groei, ontwikkeling en gezondheid van 10.000 kinderen in Rotterdam. De kinderen worden vanaf de vroege zwangerschap tot hun jongvolwassenheid gevolgd.